|
|
|
2002-2004
|
ACVZ-advies
|
Maatschappelijke reacties
|
Voorbereiding kabinetsreactie
|
|
|
|
|
 |
|
|
Tweede nationale rapportage aan Staten-Generaal (2002-2004)
Bij de ratificatie van het VN-Vrouwenverdrag is wettelijk vastgelegd (1991) dat naast de vierjaarlijkse rapportage aan de VN ook vierjaarlijks een ''nationale'' rapportage wordt aangeboden aan het Parlement. Daarbij is het doel om over de implementatie van het verdrag in de volle breedte te rapporteren.
Voor de aanpak van de rapportages aan de VN bestaan vaste regels. Voor de aanpak van de rapportages aan de Staten-Generaal niet: de regering heeft een zekere vrijheid om - na vooroverleg met de Tweede Kamer - daarvoor een geschikte vorm te zoeken. Zie hier hoe dat is gedaan bij de eerste rapportage.
Voor de tweede rapportage is gekozen voor onafhankelijke teams van deskundigen, die een algemene en een thematische rapportage opstellen.
Algemeen deel van de rapportage
Het algemeen deel van de tweede rapportage is geschreven door prof. Marianne Marchand van het Belle van Zuylen-instituut van de Universiteit van Amsterdam. De definitieve tekst is in mei 2003 toegezonden aan staatssecretaris Phoa van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en openbaar, vooruitlopend op een debat op 25 juni n.a.v. de presentatie van het rapport.
- Aan de Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken (ACVZ) is op 28 januari 2002 verzocht om de regering ''van advies te dienen over de wijze waarop de Nederlandse overheid het VN verdrag ter uitbanning van alle vormen van discriminatie van vrouwen naleeft voor wat betreft het mensenrechtenbeleid,het vreemdelingenbeleid (inclusief het terugkeerbeleid),het nieuwkomersbeleid en het integratiebeleid.
- Op 28 november 2002 zond de ACVZ aan Minister Nawijn van Vreemdelingenzaken en Integratie haar advies
- Op 10 juni 2003 zond Minister Verdonk van Vreemdelingenzaken en Integratie dit advies naar de Tweede Kamer met een korte aanbiedingsbrief.
- Op 15 oktober 2003 publiceerde het Nederlands Juristencomité voor de Mensenrechten (NJCM) een commentaar op dit ACVZ-advies. Zie ook het betreffende persbericht.
Kabinetsreactie op algemeen en thematisch deel van de rapportage
Voorbereiding
- De eerste nationale rapportage (begonnen in 1996) werd afgesloten met een kabinetsreactie in februari 1998 en een algemeen overleg in de Tweede Kamer in juni 1998.
- In juli 1999 gaf staatssecretaris Verstand-Bogaert de Tweede Kamer een planning voor de rapportages: in 2002, 2006, enz. de nationale rapportages, in 2000, 2004 enz. de CEDAW-rapportages.
- De tweede nationale rapportage had derhalve in 2002 moeten zijn afgerond met een overleg met de Kamer. Deze planning is niet gehaald. Zie voor de diverse berichten die de Kamer in 2003 ontving een aparte pagina.
Kabinetsreactie (december 2003)
Parlementaire behandeling tweede nationale rapportage
Commentaren op de tweede nationale rapportage
-
Commentaar van E-Quality naar aanleiding van de kabinetsreactie in de Tweede nationale rapportage Vrouwenverdrag (13 februari 2004). Ook hier op de site van E-Quality.
-
-
Commentaar van het Netwerk VN-Vrouwenverdrag (12 februari 2004) bij de kabinetsreactie in de Tweede nationale rapportage VN-Vrouwenverdrag (december 2003) en het algemeen deel van de Tweede nationale rapportage VN-Vrouwenverdrag (februari 2003). Het Netwerk bestaat voor deze gelegenheid uit: het Clara Wichmann Instituut, E-Quality, het Humanistisch Overleg Mensenrechten, het Studie- en Informatiecentrum Mensenrechten, Vluchtelingenorganisaties Nederland en de Vrouwen Alliantie.
-
|
|
|
|
|
|